Al 19 jaar uw betrouwbare funderingspartner

De werkwijze

Home Grondonderzoek De werkwijze

De werkwijze met een sondeerrups

Voor een grondonderzoek zijn er minimale afmetingen nodig voor het nemen van een sondering:
Breedte: 0.80 meter
Toegangshoogte: 1.80 meter
Opstelruimte breed: 1.20 meter
Lengte: 3.00 meter
Werkhoogte: 3.05 meter
Gewicht: 1600 kg

Verankering vindt plaats via twee grondankers of twee verankeringsplaten die aan een bestaande betonvloer worden gekoppeld.

Het grondonderzoek wordt uitgevoerd met een mini sondeerrups (foto 1) welke ideaal is om zowel in beperkte als in lastig bereikbare ruimtes een sondering uit te voeren. Met een breedte van 0.80 meter, een hoogte van 1.80 meter en een lengte van 2.50 meter kan dit sondeerapparaat bijna alle bouwlocaties bereiken, zowel in- als uitpandig. Het tegengewicht om de sonderingen te nemen wordt verkregen d.m.v. grondankers (foto 2). Een andere mogelijkheid is om aan een bestaande betonvloer te verankeren m.b.v. geboorde ankerbouten. Het gewicht van onze sondeerstelling is circa 1600 kg.

De uitvoering

De sondering wordt uitgevoerd conform NEN-EN-ISO 22476-1, daarbij wordt de puntweerstand en eventueel de kleefweerstand gemeten. De puntweerstand wordt vastgesteld m.b.v. een elektrische conus met een tophoek van 60° en een basisoppervlak 500 mm². Deze wordt met een constante snelheid van 20 mm/s in de grond gebracht*. De elektrische kleefmantel heeft een basisoppervlak van 7500 mm² welke boven de punt van de sondeerconus is aangebracht. Tijdens de meting wordt de diepte, tijd en de helling t.o.v. de verticaal gemeten met een maximale waarde tot 15° gemeten. De hellingmeter voorkomt een onjuiste diepte aanduiding door ‘kromming’ van de sondering. Afhankelijk van de sondeerklasse wordt de diepte hiervoor gecorrigeerd. De meetsignalen worden vervolgens via een kabel naar een meeteenheid gestuurd en in de computer opgeslagen.

Klassenindeling NEN-EN-ISO 22476-1: Voorafgaand aan de te nemen sondering wordt de sonderingklasse bepaald. Deze kwaliteitsklasse bepaalt de meetnauwkeurigheid van te meten conusweerstand, plaatselijke wrijvingsweerstand en diepte. Eurofunderingen sondeert standaard met klasse 3/TE 1; dit is de hoogst haalbare kwaliteitsklasse voor de gebruikelijke meetapparatuur in Nederland. In de onderstaande tabel worden de diverse klasse weergegeven.

Het meetresultaat

De meetsignalen die in de computer zijn opgeslagen worden vervolgens op kantoor uitgewerkt in een grafiek die de diepte tegen de conusweerstand, met de rode lijn, weer geeft. De weerstand wordt uitgedrukt in mega-pascal, 1 MPa is gelijk aan 1 N/mm², en de diepte wordt uitgedrukt in meters. Indien de plaatselijke wrijvingsweerstand (kleef) gemeten is wordt dit in de grafiek weergegeven als de blauwe gestippelde lijn. Daarbij wordt het wrijvingsgetal Rf in % aan de rechterkant in de grafiek weergegeven, dit geeft een indicatie van de bodemopbouw weer (zie tabel 2).

 

Tabel 2:

Grondsoort Wrijvingsgetal
Zand Ca. 1
Silthoudend zand 1 – 2
Leem 2 – 3
Klei 3 – 5
Potklei 5 – 7
Veen 7 – 10

Wilt u meer weten over ons familiebedrijf? Stel hier uw vraag